Of: hoe een patroon uiteindelijk kan leiden tot een eigen creatie.
Ik wilde graag nog snel een kerstcadeautje (julklapp) maken voor Inger en ik vond op internet deze
vingerloze handschoenen:
Er stond bij dat je die heel snel kon maken. In 1 avondje klaar.
Dus dat was helemaal mooi.
Wolletjes genoeg en ik koos een bol donkerblauw.
Snel aan de slag.
Alleen.... donkerblauw is heel donker. En het is hier (zelfs overdag) ook vrij donker.
En mijn ogen worden nogal bejaard.
Zelfs met daglichtlamp en leesbril kon ik het gewoon niet goed zien.
Dus het donkerblauw maar weer uitgetrokken en een bolletje paars gepakt.
Dat kon ik in elk geval beter zien.
In het patroon staat dat je steeds een rij stokjes moet haken en dan een rij halve vasten.
Daarbij moet je in de achterste helft van de steken haken.
En daar ging het fout.
Het lukte mij niet om netjes in de rij halve vasten te haken, waardoor ik niet van die mooie reliëfstrepen op het haakwerk kreeg.
Na tig keer opnieuw beginnen, gaf ik het op
Ik bedacht dat ik ook gewoon alleen stokjes kon haken en dan later rijen lossen (kettingsteken) daaroverheen. Dat geeft ongeveer hetzelfde effect.
En zo haakte ik de eerste handschoen en begon vrolijk aan de tweede, want zo schoot het lekker op.
Gaandeweg de tweede handschoen, kreeg ik het idee dat ik het niet ging halen met de paarse wol.
Zucht.....
Daar moest dus een oplossing voor komen.
Een ander kleurtje erbij dan maar. Lekker fel neonroze.
Een leuke combi.
Alleen: dan moeten wel allebei de handschoenen daarmee gehaakt zijn natuurlijk.
Je raadt het al: handschoen 1 werd grotendeels uitgetrokken.
Omdat ik geen zin had om helemaal opnieuw te gaan beginnen, liet ik 5 rijen stokjes intact.
Daarna haakte ik 2 rijen met roze, 1 rij paars en weer 2 rijen roze.
Toen kwam ik erachter dat je op die manier niet het duimgat kon openlaten in de aan elkaar te naaien naad.
Er moest dus een duimgat in het haakwerk gehaakt worden. En nog wel in spiegelbeeld bij beide handschoenen. Dat lukte.
Alleen zitten ze niet allebei op dezelfde plaats, doordat ik blijkbaar nog niet zo goed tot 10 kan tellen.
Maar een kniesoor die daarop let. Toch?
Nadat ik allebei de basislapjes klaar had, had ik nog maar een heeeeeel klein bolletje paars over.
Hopelijk kon ik daar nog wel de reliëfstrepen mee maken die zigzag over de bovenkant moesten komen.
Pfffff, dat lukte. Op het nippertje.
Dit was alle paarse wol die ik nog over had:
Ook het in elkaar zetten moest dus met de roze wol.
Ik haakte eerst vasten langs de ene kant.
Daarna maakte ik de naad, ook met vasten.
En tenslotte haakte ik nog een schulprandje langs de kant waar de vingers uit de handschoenen komen.
Pjew pjew pjew, een project met zweetdruppeltjes in plaats van een snelklaarprojectje!
Maar uiteindelijk zijn ze nog best leuk geworden.
Alleen niet meer voor Inger, die kreeg een kerstlichtje.
Dat was een stuk makkelijker en sneller gemaakt.
Ik ga de handschoenen nog een keer met dikke wol proberen te maken.
Kijken of dat makkelijker gaat.
P.S. Geprobeerd, maar ook dat werd niks.
Ik vind het gewoon niet lekker haken, dus ik ben ermee gestopt.